
In 2050 leven er bijna 10 miljard mensen op deze aarde. Hoe gaan we al die monden voeden? Deze vraag stond centraal tijdens het Kenniscafé van Food Innovation Academy, 1 juni. Professionals en studenten reikten diverse oplossingen aan. Beter omgaan met de ruimte die we hebben en bouwstoffen halen uit restproducten zijn enkele ideeën.
Rabobank vertaalt de groei van de wereldbevolking naar een 4-cijferige pincode. Waarbij elk getal staat voor een van de grote continenten. “Momenteel is de pincode 1114. In 2050 zal deze 1145 zijn. Wat betekent dat we in de continenten Afrika en Azië een explosieve toename van de bevolking zien. Europa en Noord-Amerika blijven stabiel.” Martijn Rol is sectormanager Food voor Rabobank en mag tijdens het FIA Kenniscafé iets zeggen over de trends en ontwikkelingen in de voedingsmiddelenbranche. “Er zijn heel veel uitdagingen voor de lange termijn. We zien nu al schaarste in food. Als voedingsstrateeg bij een bedrijf moet jouw prioriteit zijn: ‘Hoe borg ik de aanvoering van mijn grondstoffen op lange termijn?'”
Grondstoffen behouden doe je door te vernieuwen. Door de hele keten heen, zegt Rol. “Als je alleen al kijkt naar het agrarische deel van de keten, dan zien we veel innovatie. Met name op het gebied van slimmere productie. We streven naar een hogere productie met minder belasting. Op het milieu, maar ook op de portemonnee. Smart farming en vertical farming zijn actueel. Daarnaast zien we ook futuristische ontwikkelingen zoals kweekvlees en 3D-foodprinting.”
Begin klein met bijvoorbeeld het tegengaan van voedselverspilling
Duurzaamheid is een groot, complex onderwerp. Je kunt onmogelijk het wereldvoedselvraagstuk in één keer oplossen. Begin daarom klein, adviseert Rol. “Kijk naar hoe je zelf kunt verbeteren. Kijk eerst naar één stap, zoals het tegengaan van voedselverspilling. Waar verlies je product? Voedselverspilling verminderen is ook nog eens efficiënter: het scheelt inkoop en reststroomverwerking.”
Hoe kan 3D-printing bijdragen aan het oplossen van het probleem van voedselvoorziening, komt als kijkersvraag binnen. Rol: “Dit is een heel lokale oplossing. In gebiedsdelen waar enorme hoeveelheden mensen op elkaar wonen, is toevoer en logistiek moeilijk. Daar kunnen vertical farming en 3D-foodprinting uitkomst bieden.”
Toekomstvisie studenten
Voor het Kenniscafé werden 4 studenten van Lentiz en InHolland naar hun toekomstvisie gevraagd. Hoe zorgen we er met zijn allen voor dat ook in 2050 nog voldoende voedsel op de wereld is? De studenten kwamen met frisse ideeën:
- Producten worden ontwikkeld in laboratoria, zoals kweekvlees.
- Eiwitten worden uit nieuwe voedingsbronnen gehaald. Hiervoor komen nieuwe productietechnieken.
- Insecten worden een belangrijke bron van bouwstoffen.
- Steden worden zelfvoorzienend gemaakt. Steden gaan efficiënter om met hun ruimte, zodat ook landbouw in de stad mogelijk is. Zo kunnen steden hun eigen inwoners voorzien van voeding.
- We gaan steeds meer makkelijk teelbare producten verbouwen, zoals zoete aardappel. Deze kent een hoge voedingswaarde en een kleinere afvalstroom.
- Grondstofproducenten gaan meer rekening houden met reststromen en CO2-uitstoot.
- Voeding wordt gezonder én duurzamer.
- Voedingsproducten worden langer houdbaar.

Boerenbedrijven toekomstbestendig maken
Jan Willem Straatsma is programmamaker Sustainability voor FrieslandCampina. Hij hoort de ideeën enthousiast aan. “Creativiteit leidt tot innovatie. Het gaat namelijk niet alleen domweg om méér voeding, maar ook om bétere voeding.” FrieslandCampina is ‘gigantisch aan het verduurzamen’, stelt Straatsma. “Op het gebied van CO2, maar ook als je kijkt naar het slimmer omgaan met water. Onze hoofdvraag is: ‘Hoe kunnen we de gehele keten waardevoller georganiseerd krijgen’? Er zijn 12.000 boeren in Nederland. En er staat best veel druk op het boerenondernemerschap. Wij zijn er zeker van dat boerenbedrijven toekomstbestendig zijn, maar er zijn wel veranderingen nodig. Boeren beheren 30% van de natuur in Nederland. Hoe zij omgaan met hun graslanden, doet er toe. Hier ontstaan nieuwe verdienmodellen. Melk blijft een substantieel gedeelte van hun ondernemingen, maar we kijken ook naar de mogelijkheden met mest, als alternatief voor kunstmest. Toegegeven, nog niet alles is duurzaam. Maar we kunnen al ontzettend veel, technologisch gezien. De verbeterslagen om overal de productieprocessen te verduurzamen zijn in volle gang.”

Man vs machine
Technologische ontwikkelingen spelen misschien wel de grootste rol in dit voedingsvraagstuk. Augmented reality, AI, robotisering – ze komen allemaal aan de orde. Is het toekomstbeeld zo futuristisch? Jens Andriessen van deegwarenproducent Cerelia denkt van niet. Als hij kijkt naar het profiel van een operator aan bijvoorbeeld de American pancakeslijn: “Een machine kan nooit zo goed inleggen als een werknemer. Maar doet dit wel sneller. Er komt meer focus op het onderhouden en afstellen van machines. We zien nu al een verschuiving in de capaciteiten van de operator. Daarom zijn we intern al veel bezig met scholing. We kijken naar het efficiënter maken van productieprocessen, het voorkomen van fouten in productieruns – en zo het voorkomen van verspilling. En we kijken naar een algehele verduurzaming van het productieproces.
Over dat toekomstbeeld: het menselijke aspect zul je altijd nodig hebben, denkt Andriessen. “Maar we zullen onze monteurs en operators moeten trainen om bij de tijd te blijven.”
Tekst: Clara Bloemhof